Duurzame luchtvaart

De luchtvaartsector werkt gezamenlijk aan de eigen klimaatopgave. Zo wordt er meer gebruik gemaakt van duurzame brandstoffen en worden elektrische vliegtuigen ontwikkeld. Dit moet zorgen voor minder uitstoot van broeikasgassen zoals CO2.

Geen uitstoot CO2 luchtvaart in 2070

De CO2-uitstoot van de internationale luchtvaart is de afgelopen decennia toegenomen. Het kabinet wil de uitstoot in stappen verminderen:

  • 2030: tot het niveau van 2005;
  • 2050: 50% minder dan 2005;
  • 2070: nul CO2-uitstoot.

In 2030 mogen grondgebonden activiteiten geen CO2 meer uitstoten. Zoals het vervoer van bagage, passagiers en vracht op de grond. In 2050 mag de hele binnenlandse luchtvaart geen CO2 meer uitstoten. Het kabinet neemt hiermee de doelen over uit het Akkoord Duurzame Luchtvaart van februari 2019. Er wordt een CO2-plafond uitgewerkt om de klimaatdoelen te borgen.

Voor nieuwe internationale afspraken zet het kabinet in op verdere vermindering van de klimaatuitstoot door luchtvaart in lijn met de doelen van de EU en het nationale Klimaatakkoord voor binnenlandse emissies (als vertaling van het klimaatakkoord van Parijs).

Duurzame brandstoffen, hybride en elektrische vliegtuigen

In 2030 moet 14% van alle in Nederland getankte vliegtuigbrandstof duurzaam zijn. In 2050 is dat alle brandstof. Luchtvaartmaatschappijen gebruiken nu nog amper duurzame brandstoffen omdat ze duurder zijn dan fossiele brandstoffen. Nederland zet in Europees verband in op een bijmengverplichting van duurzame luchtvaartbrandstoffen. Indien de invoering van een Europese verplichting niet (tijdig) wordt bereikt, streeft Nederland ernaar om per 2023 een nationale bijmengverplichting in te voeren.  

Nederland wil in 2030 horen bij de internationale koplopers op het gebied van hybride en elektrisch vliegen. De plannen daarvoor werkt de Rijksoverheid uit samen met het bedrijfsleven en kennis- en onderzoeksinstellingen in het Actieprogramma Hybride Elektrisch Vliegen (AHEV).

Het kabinet verwacht dat inzet op innovatie in de luchtvaart voor Nederland economische kansen en nieuwe werkgelegenheid oplevert. In West-Europa is Nederland goed voor ongeveer de helft van de productie van en handel in kerosine. De chemische industrie, infrastructuur (pijpleidingen), lucht- en zeehavens en kennisinstellingen van Nederland kunnen ook een belangrijke rol spelen in de markt voor duurzame brandstoffen.

Op 8 februari 2021 organiseert het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat een online conferentie over synthetische kerosine.

Het doel van deze high level conferentie is het versnellen van de ontwikkeling van de productie van deze brandstof om zo een bijdrage te kunnen leveren aan het verminderen van de klimaatuitstoot door luchtvaart. Lees hier meer.

Gebruiker betaalt voor uitstoot CO2

Dit kabinet wil dat de maatschappelijke kosten beter worden meegenomen in de prijzen van het vliegverkeer. Daarvoor wil Nederland samen met andere landen een Europese vliegbelasting invoeren. Lukt dit niet? Dan voert Nederland in 2021 zelf een vliegbelasting in.

Lees verder over de voorgestelde Wet vliegbelasting op Rijksoverheid.nl.

CO2-compensatie- en reductiesysteem (CORSIA)

Vanaf 2021 mag de wereldwijde uitstoot van broeikasgassen door de luchtvaart niet meer groeien. Nederland en 190 andere landen maakten daarom afspraken die de uitstoot en handel in CO2 regelen. Dit compensatie- en reductiesysteem voor internationale luchtvaart (CORSIA) is nu nog vrijwillig voor landen maar vanaf 2027 verplicht.

Lees verder over de verplichtingen van CORSIA op de website van de Nederlandse Emissieautoriteit (NEa).

Europees emissiehandelssysteem EU ETS

Vluchten tussen Europese bestemmingen vallen onder het Europese emissiehandelssysteem EU ETS. Daarmee kunnen grote energieverbruikers, zoals vliegmaatschappijen, handelen in emissierechten. Wie minder uitstoot, kan rechten verkopen. Dit beloont energiezuinig gedrag. De Europese Commissie evalueert EU ETS en besluit voor 31 december 2023 over de toekomst van het systeem.

Lees verder over de verplichtingen van EU ETS op de website van de Nederlandse Emissieautoriteit (NEA).

Aanpak andere broeikasgassen

Het kabinet wil inzicht in de uitstoot van andere broeikasgassen dan CO2 en het effect dat ze hebben op het klimaat. In Nederland doen het Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum (NLR) en weerinstituut KNMI daar onderzoek naar. Zodat ook deze stoffen op termijn onderdeel worden van het klimaatbeleid voor de luchtvaart. Het gaat om de uitstoot van:

  • waterdamp (H2O)
  • stikstofoxiden (NOX)
  • zwaveloxiden (SOX)
  • koolmonoxide (CO)
  • koolwaterstoffen (HC)
  • fijnstof (waaronder roet)

Deze stoffen dragen deels direct bij aan de opwarming van de aarde en deels indirect. Bijvoorbeeld door het vormen van condensstrepen en wolken, ozon (O3), methaan (CH4) en aerosolen. Dit zijn kleine stof- of vloeistofdeeltjes die in de lucht zweven. Het ontstaan en het effect op het klimaat van deze stoffen hangt af van de omstandigheden in de atmosfeer. Zoals het moment van de uitstoot en de plek (geografisch, hoogte en temperatuur).

Cookie-instellingen